46

Het was een hopeloze zaak. Maar ook een heel lucratieve. Het dossier was bij Margo binnengekomen met een wel erg aantrekkelijk aanbod: 150.000 pond. Er was niet veel informatie: drie pagina’s uit The Sunday Express. Normaal gesproken moest dat voldoende zijn.

Het ging over de moord op een modeontwerpster in Londen. De details waren walgelijk. De moordenaar had de vrouw verdoofd en daarna smerige spelletjes met haar gespeeld. Er waren sporen van rattenbeten op de huid gevonden. Ook was de vagina van de vrouw gepenetreerd met allerlei voorwerpen. Er werden houtsplinters op de schaamlippen aangetroffen. The Sunday Express had bij de artikelen zowel portretten van de jonge vrouw in leven afgedrukt als foto’s die na haar dood gemaakt waren.

Maar hoe meneer Braun ook naar de foto’s staarde en de tekst herlas, er kwam niets. Hij probeerde het vier nachten achter elkaar, maar er kwamen geen beelden. Hij besprak de kwestie met Elizabeth, die een paar dagen later een ingeving kreeg.

Elizabeth had een zus in Londen die werkte voor de BBC-radio. Zij zou wellicht in staat zijn meer gegevens over de moord op de fashion queen te verzamelen. Elizabeth mailde haar.

Een week later kreeg ze antwoord. De zoekacties van haar zus hadden niets opgeleverd. Ze was naar het archief van The Sunday Express gegaan. Op de data die Elizabeth had vermeld, had er niets over de zaak in de krant gestaan.

Elizabeth kon tot maar één conclusie komen: ze waren voor de gek gehouden, ze hadden aan een nepzaak gewerkt. Ze meldde dat aan Margo, die het in behoedzame termen aan haar opdrachtgever doorgaf. Waarna ze een verzoek kreeg van een journalist. Hij wilde een interview met de man of vrouw die kennelijk in staat was misdaden op te lossen met op paranormale wijze verkregen informatie.

Margo verwittigde Elizabeth. Die meneer Braun op de hoogte stelde.

Het net sloot zich, hij had niet veel tijd meer.